Verzetsvrouw maar met name na de oorlog zeer betrokken
In 1915 (7 augustus) wordt Eva Tas te Amsterdam geboren, haar vader is de tapijtenverkoper Philip en ateliermedewerkster Elisabeth
(Cohen) haar moeder, zelf trouwde Eva nooit. Haar broer Abraham (Appie) speelde een grote rol in haar leven. Haar vader kocht
in Haarlem twintig panden. Het geloof speelde nauwelijks een rol in huize Tas.
Op 10 mei 1933 worden er in Duitsland massaal boeken verbrand van kritische Duitse schrijvers, dit maakt een diepe indruk op Eva die in
dit jaar eindexamen doet aan het Vossius Gymnasium. Zij is zeer onder de indruk van de grote schrijvers uit de Weimarrepubliek, zoals Thomas
Mann en Bertold Brecht.
Het gezin Tas had geen zorgen, vader verdiende goed en wist zijn geld prima te beleggen waardoor het gezin riant kon leven. In 1927, Eva is
dan twaalf jaar, wordt het Vossius Gymnasium in Amsterdam opgericht. Eva behoort tot de eerste lichting waarvan eveneens Loe de Jong
deel uitmaakt. Vader Tas wil dat zijn dochter een zelfstandige, goedopgeleide vrouw wordt, tevens neemt zij pianoles.
Een groot aantal medeleerlingen ziet ze nooit meer terug. Zij worden door de Duitsers vergast, onder meer in Auschwitz. In 1933 deed zij
dus eindexamen in het vak geschiedenis en schrijft zich in aan de Universiteit van Amsterdam.
Zij is dan al gevormd door de nazi's, Eva is een felle antifascistische communist en wordt actief in twee studentenbewegingen.
In 1939 studeert Eva af, maar direct na de Duitse inval ervaart ze wat het is om Joods te zijn. De Tweede Wereldoorlog maakte haar
werkloos en zij mocht als Joodse niet meer in de bibliotheek komen, Af en toe kon zij lesgeven op Joodse scholen, tot de zomer van
1942 schreef zij regelmatig in verzetskrant 'De Vrije Katheder'.
Haar broer, net 17, werd in juni 1942 opgeroepen voor de Arbeitseinsatz, dat kwam voor vader Philip als een enorme klap die hij niet te boven kwam
waarop hij zichzelf van het leven beroofde door in de gracht te spingen. Hij verwachtte dat Appie niet hoefde te gaan werken omdat hij nu
de enige man in het gezin was.
Helaas was dit uitstel van executie, letterlijk. Want Bep dook met haar kinderen onder die korte tijd later probeerden het land uit te komen. Wachtend
op hun doorreis naar Zwitserland zaten Eva en Abraham ondergedoken in Parijs, Appie was onvoorzichtig en werd opgepakt, ze zouden nooit meer iets
van hem vernemen. Eva sloot zich aan bij het Franse verzet.
Na de bevrijding kon Eva terugkeren naar Amsterdam waar zij haar moeder terug vondt. Oma had de oorlog niet overleefd. Zij werd
vergast in Auschwitz. Eva ging als verslaggeefster bij De Waarheid aan de slag en bleef tot 1950 schrijven voor De Vrije Katheder en enkele
andere bladen. Zij en haar moeder konden in welstand leven want het Haarlemse vastgoed bleek niet verloren, zij krijgen alles terug.
In 1952 haalde Eva haar doctoraal Frans en stond tot 1975 weer voor de klas aan de Amsterdamse kweekschool. Daar gaf ze les in geschiedenis,
aardrijkskunde en Frans. Toen de oprichters van het Nationaal Auschwitz Comité haar in 1961 als hoofdredacteur vroegen hoefde Eva niet
lang na te denken. Zij zou deze functie bijna veertig jaar lang bekleden, totdat zij het in 1998 niet meer op kon brengen. Zij was toen 83 en
woonde in verpleeghuis Beth Shalom waar zij op 22 april 2007 overleed, zij is 91 jaar geworden.
Eva trouwde nooit, haar enige erfgenaam is de Eva Tas Foundation die zich inzet voor schrijvers die in hun vrijheid worden belemmerd. De
erfenis wordt daar nog altijd voor gebruikt.
Hans Amesz en Jan Honout - Eva Tas - altijd weer Auschwitz
Amesz en Honout maakten een biografische schets van Eva Tas.